Château Neercanne: ervaring met geen pen te beschrijven
Telkens als ik ga hardlopen in het Jekerdal kijk ik vol verwondering naar Château Neercanne. Het kasteel ligt er altijd mooi bij, welk seizoen het ook is. Ik passeer het dan ook nooit zonder er een foto van te nemen. Château Neercanne ligt weliswaar verscholen tussen de bomen, maar is duidelijk herkenbaar door de prachtige mergelsteen en het koninklijke uiterlijk. Ik ging al eens eten in lunchrestaurant l’Auberge, maar bij Restaurant Château Neercanne was ik nog nooit geweest. Nu het restaurant een nieuw interieur heeft en is toegetreden tot Relais & Châteaux, werd het tijd om een kijkje te nemen en de kookkunsten van chef-kok Gilbert von Berg en zijn team te ondervinden.
Om bij het château te komen moet je een zijweggetje van de Cannerweg inslaan. Je rijdt direct de hoogte in door het donkere bos. De weg wijst zich vanzelf. Samen met mijn gezelschap parkeren we de auto zo dicht mogelijk bij het château. De romantische kaarsjes op de grond wijzen ons de weg richting de ingang. Daar wacht iemand ons op, die ons vraagt even te wachten. We gaan namelijk niet direct richting het restaurant, zo begrijpen we als we te horen krijgen dat we onze jassen nog even moeten aanhouden.
Speciale start
Via de voorkant van het château worden we door de kiezeltjes richting een kleine toren gebracht. We komen aan in ‘Torentje De Gulden’, een bijzondere kamer met veel historie. We kunnen ons voorstellen dat we vanaf hier een prachtig uitzicht zouden hebben, maar bij ons bezoek aan het torentje is het helaas donker. Gelukkig is er ook binnen genoeg te zien. Het torenkamertje hangt vol met foto’s en documenten die iets vertellen over gebeurtenissen die voor Château Neercanne belangrijk zijn. De gastheer legt ons uit waar de verschillende foto’s voor staan en maakt ondertussen een fles champagne open. We krijgen beiden een glaasje en een amuse: een macadamia-bonbon, afgetopt met een stukje kool en mosterdzaden. Een heerlijke begin van de avond, zeggen we tegen elkaar.
Na het opwarmertje in ‘De Gulden’ worden we naar onze tafel in het restaurant geleid. We komen in een sfeervolle ruimte met enorme gordijnen, een robuuste houten vloer, koninklijke blauwe stoelen en mooi ingedekte tafels. Het is chique, maar de historische sfeer is behouden. Er staan maar een paar tafels waardoor de ruimte niet bomvol is en je aan tafel volledige privacy geniet. De open haard brandt, waardoor het er aangenaam warm en bovenal gezellig is.
We nemen de ruimte even in ons op, het maakt indruk. De sommelier onderbreekt ons met een lekker glas wijn. De Cà dei Frati uit het wijngebied Lugana (ten zuiden van het Gardameer) heeft een romig en complex karakter met fruitige en minerale tonen. Het past goed bij de eerste drie gerechtjes. Maar voordat die arriveren, krijgen we nog een amuse: een hapje met broccoli, aubergine, kokos en gedroogde munt. Wederom vegetarisch valt ons op, en heerlijk fris van smaak. Tussendoor wordt brood neergezet met wat boter, olijfolie en zoutvlokken.
Tussendoor wil de chef ons nog een speciaal hapje laten proeven. We zijn erg benieuwd. Het is een tonijnbuikwand met rode kool, avocado en een algenkroepoek. Ongelooflijk lekker. De tonijn smelt op je tong, echt fantastisch. We bekronen het als het lekkerste gerecht tot nu toe. Maar er zit nog heel wat aan te komen. Het eerste echte gerecht wordt namelijk opgediend. Het is een kalfsproeverij met drie verschillende bereidingen: een rolletje met parelcouscous, kalfsnek en zwezerikmousse met champignon. Wederom heerlijk.
Klassiekers
De sommelier is opnieuw bij onze tafel gearriveerd met een nieuwe wijn en nieuwe glazen. We drinken de Odyssée van Château Rives Blanques uit de Limoux. Deze wijn is de beste van het domein, zo leren we. Vol van smaak, zoals een typische chardonnay, met tonen van vanille. De wijn past perfect bij het vierde gerecht. Het is een klassieker: tarbot met citroenboter, aardappel en een schuim van sjalot.
Ook het vijfde gerecht is een visgerecht: coquilles met gestoofde prei en hoender. De smaak van de kippenbouillon combineert uitstekend met het visvlees. Dit gerecht komt op mijn lijstje favorieten.
Verrassing
Opnieuw is daar de sommelier. Dit keer verschijnt hij niet aan ons tafeltje met een nieuwe wijn, maar met de vraag of we met hem mee willen gaan. We gaan een kijkje nemen in de keuken, we zijn verheugd en verrast. Aangekomen in de keuken staat er een tafel voor ons tweeën ingedekt. We schuiven aan en krijgen onze eerste rode wijn ingeschonken. Het is de Langhe Nebbiolo van Bricco Maiolica uit Piemonte. Hij is jong, elegant en zacht. We eten er knapperige gnocchi bij met mimolette, schuimige truffelsaus en verse truffel die door de chef persoonlijk over het gerecht geschaafd wordt. We kunnen niet meer kiezen, ook deze combinatie is verrukkelijk. Daarbij is het heel speciaal dat we dit gerecht op deze plek mochten nuttigen.
Onze glazen wijn gaan mee voor het hoofdgerecht: rosé gebraden black Angus rund met gelakte ossenstaart en jus van sjalotjes. Daarbij zijn verschillende groenten geserveerd met baharat. Een heerlijk smakelijk hoogtepunt van deze avond.
Grotten
Dit keer staat niet de sommelier, maar onze gastheer van vanavond aan ons tafeltje. Weer worden we meegenomen naar een bijzondere plek. Hoe leuk is dit! Dit keer gaan we door de achterdeur richting de grotten. Hier staat wederom een tafeltje ingedekt voor twee personen. Die moet voor ons zijn. We worden rondgeleid door de grot, die tevens de wijnkelder is. De ruimte is enorm. We kijken rustig rond en dit geeft ons de tijd om plek te maken voor het dessert.
Terug bij ons tafeltje worden er twee glaasjes rode Fonseca port ingeschonken, die perfect blijkt te passen bij het kaasplankje. Het smaakt naar zoete rozijntjes, ik hou ervan. Het kaasplankje volgt snel erna. We krijgen vijf verschillende soorten kazen: geitenkaas, zwaluwgekwetter (een witschimmelkaas uit de Achterhoek), bierkaas, jersey kaas en blauwschimmelkaas. Daarbij een paar nootjes, een beetje stroop en wat brood. We genieten uitgebreid van de kaas en keren na een tijdje weer terug naar het restaurant.
Afsluiter
We worden verrast met nog een gerecht. Na kaas, komt zoet natuurlijk. We hebben best een volle buik en vragen of het even kan wachten. Dat is gelukkig geen probleem. In de tussentijd krijgen we een witte dessertwijn ingeschonken die door de gastheer als zijn favoriet wordt bestempeld. Het is de Chardonnay van Ausburg uit 2015. Een heerlijk frisse zoete dessertwijn die niet te zwaar valt. Dat is mooi. Ons laatste gerecht is een grote soes van karamel met een Baileys-bonbon en een ijsbolletje met koffiesmaak. Hoewel we voldaan zijn, gaat dit dessert er helemaal in. Echt om te smullen.
We concluderen allebei dat dit een uitzonderlijk bijzondere ervaring is geweest. We hebben enorm genoten van het eten, de mensen, de verschillende locaties en de ambiance. Het totaalplaatje klopt helemaal. We nemen nog een espresso, waar we natuurlijk nog een bijpassende lekkernij bij krijgen, en genieten nog uitgebreid na. Het is eigenlijk met geen pen te beschrijven; dit moet je echt zelf ervaren…
Wij aten het prestige diner (€ 108) met bijpassende wijnen (€ 63,50). Er zijn verschillende menu’s mogelijk en het menu wisselt elke maand.