’n Frietsje zoervleis vaan ’t hoes

Zoervleis. De echte Meestrechteneer is er net zo mee opgegroeid als met de vastelaovend zelf. De specialiteit, die overigens op talloze verschillende manieren kan worden bereid (met paarden- of met rundvlees en met veel of weinig azijn en stroop), staat ook de komende dagen weer op het menu van de vele Maastrichtenaren die de drie dolle dagen zo’n warm hart toedragen, dat ze er een hele week voor uittrekken.

Een week waarin ze weliswaar lekker willen eten, maar ook een week waarin ze er alles aan doen om maar niet te lang achter het fornuis te hoeven staan, want buiten met een ‘kaajd pèslke’ in de hand, is het immers veel leuker.

De traditie wil dat – om het feestgedruis niet te verstoren met het geluid van hevig rammelende magen – met name ‘s morgens een comfortabele bodem wordt gelegd in de vorm van een onafzienbare portie spek met ei. Gedurende de dag én vooral ook ’s avonds wordt ’n frietsje zoervleis nog altijd beschouwd als dé culinaire traktatie bij uitstek, waarvan je best een aardige hoeveelheid naar binnen mag werken, want de overtollige calorietjes feest je er immers met gemak weer af.

Maar waar krijg je nou dat echte, authentieke Maastrichtse zoervleis, bereid op een manier zoals de betovergrootmoeders van onze oma’s dat al deden? Volgens kenners van de Maastrichtse eetcultuur moet je voor het echte zoervleis bij Café Sjiek in de Sint Pieterstraat zijn, in het hart van de oude binnenstad en op slechts luttele meters lopen van enkele bijzondere Maastrichtse cafés. Helaas voor de carnavalisten met de smaakpapillen op de juist plek is deze in het binnen- en buitenland gekende culinaire hotspot tijdens carnaval gesloten. Geen nood, want eigenaar en chef-kok Robin Berben heeft de minutieus uitgeschreven receptuur online gepubliceerd.

Bij Stadscafé Lure en de Poshoorn ben je in elk geval vrijdagavond en zaterdag voor carnaval van harte welkom om je te goed te doen aan ’n frietsje zoervleis vaan ’t hoes. De runderstoof, die vergezeld gaat van sla en huisgemaakte appelmoes van appels uit St. Pieter, is bereid volgens het geheime recept van Lily, de moeder van de eigenaar. Net als vele andere Maastrichtenaren maakt zij het ‘lekkerste zoervleis’ dat in heel Maastricht en wijde omstreken te vinden is.

Datzelfde geldt voor Pieke Potloed, die Awwerwèts Mestreechs Zoervleis op de kaart heeft staan. Dat ‘awwerwèts’ in dit geval ook ouderwets lekker betekent, daarvan zijn we overtuigd: talloze Maastrichtaren zweren bij Pieke als het om de authentieke keuken van Maastricht gaat, en de eerlijkheid gebiedt te zeggen dat ook wij van mening zijn dat je je vingers aflikt bij het hartig smakende ‘zoere vleis’ van Pieke. Lek Vinger Lek Doem, zoals dat heet op zijn Mestreechs.

Natuurlijk zijn er in Maastricht ook nog tal van andere zaken waar het echte zoervleis een nadrukkelijke plaats op het menu inneemt. Zoals bij Eetcafé Minckelers op de Markt en natuurlijk Reitz (op diezelfde Markt), waar vrijwel dagelijks lange rijen staan te wachten op een zak met stomende huisgemaakte frieten, al dan niet met zoervleis. Tip voor de echte koukleumen: deze zaak heeft binnen ook een uitgebreid zitgedeelte, waar je je al genietend kunt verlustigen aan foto’s van het Mestreech van vreuger, toen in elk huis van tijd tot tijd een keteltje zoervleis op de kachel stond.